In de jaren 1970 vestigde de koptisch-orthodoxe congregatie van de “Dochters van de Heilige Maria van Béni-Souef” zich in Ezbet el-Nakhl in een wijk van voddenrapers (zabbâlîn) in het noordoosten van Caïro om er samen te werken met de beroemde zuster Emmanuelle.
In die tijd telde de wijk ongeveer 45.000 inwoners; vandaag bedraagt de totale bevolking bijna een miljoen. Alle basisinfrastructuur (scholen, apotheken, ziekenhuizen, elektriciteit, water, enz.) is uiterst gebrekkig. Er is bovendien geen recreatieruimte voor kinderen. Er verblijven zo’n 5.000 zabbâlîn gezinnen van gemiddeld 8 tot 10 personen. De sloppenwijk is wel vervangen door een aantal permanente gebouwen maar +/- 1.500 gezinnen wonen nog steeds in precaire krotten. De kindersterfte blijft hoog, net als het analfabetisme, ten gevolge van de armoede en het gebrek aan openbare scholen. De kinderen van de zabbâlîn beginnen op 6-jarige leeftijd te werken, eerst met de inzameling, later met het sorteren van het afval.
In de jaren 80 richteten Zuster Emmanuelle en de Dochters van de Heilige Maria een multifunctioneel centrum op, het “Salâm Center”, voor medische en preventieve ondersteuning, voor onderwijsondersteuning en voor sociale diensten.
Zuster Maria Shenouda, moeder-overste van de congregatie en directrice werkt al enkele jaren aan een nieuw en zeer ambitieus project: een “School van de Vrede”. De absolute prioriteit is het opvoeden van kinderen voor vrede tussen de gemeenschappen en waar de waarden van vrede, tolerantie, liefde en acceptatie worden cultiveerd.
De school zal bovendien werk geven aan leerkrachten die in Ezbet el-Nakhl zijn opgeleid; ze zal trainingsprogramma’s aanbieden om het kwalificatieniveau van het personeel te verhogen.
De School van Vrede zal de klasgrootte tot maximaal 35 kinderen beperken (i.p.v. gemiddeld 70 kinderen per klas). Ze zal openstaan voor alle kinderen in de wijk, ongeacht hun religie en de gelijke toegang tot onderwijs voor jongens en meisjes bevorderen. Gemeenschapsinitiatieven zullen ook de armste gezinnen aanmoedigen en helpen om hun dochters naar school te sturen.
Een perceel bouwgrond van 8775 m² is al aangekocht, dankzij externe hulp, waaronder een bijdrage van Werk voor het Oosten. De congregatie is eigenaar van het terrein en sinds de zomer 2023 werd na 4 jaar wachten de bouwvergunning verleend.
De ruwbouw, de binnen-infrastructuur en de inrichting van de school zullen naar verwachting drie jaar in beslag nemen. Maar Zuster Maria moet nog steeds de nodige financiering vinden, ten bedrage van 1,1 miljoen euro, zonder op enige overheidssteun te kunnen rekenen. Zij vertrouwt op de voorziening en dat God de nodige vrijgevigheid zal opwekken om dit prachtige project tot een goed einde te brengen.
Werk voor het Oosten hoopt dat u zult helpen deze droom waar te maken die de toegang tot onderwijs voor honderden kinderen van voddenrapers in Caïro aanzienlijk zal verbeteren.