Een kerkelijk en sociaal project van de Libanese Maronitische Orde in samenwerking met Werk voor het Oosten en het CSCO (Comité voor Steun aan de Christenen in het Oosten)
De provincie Akkar in het uiterste noorden van Libanon is een prachtige streek: tegelijk kustgebied en bergland met toppen van 1600 m. Maar het gebied ligt op een uithoek van de levendige centra en is nogal verwaarloosd. Het is de armste streek van Libanon.
Vanaf 2011 zijn de economische problemen erger geworden. Bij de 19.000 Palestijnse vluchtelingen die vooral in het kamp Nahr el-Bared wonen, voegden zich 100.000 vluchtelingen uit Syrie. Zo komt het dat ongeveer één derde van de bevolking van de provincie uit vluchtelingen bestaat.
Onder impuls van de onvermoeibare en charismatische pater Louis Samaha heeft de Libanese Maronitische Orde in 2011 het besluit genomen de heilige historische plaats van Onze-Lieve-Vrouw ter Burcht nieuw leven in te blazen.
De monniken begonnen een grootscheepse restauratiecampagne van het kerkgebouw en richtten daarbij het Instituut van OLV ter Burcht van Menjez op, een technisch centrum voor beroepsonderwijs voor jongeren van de streek. Dankzij deze «levensschool» kunnen zij – elektriciens, werktuigkundigen, verplegers, landbouwkundigen en jonge leerkrachten – gemakkelijker werk vinden en zich sociaal integreren. Tegelijk verlenen deze jongeren bijstand en vorming in de moderne technologie aan oudere, meestal ongeschoolde arbeiders.
Zo voorziet de school in verkorte opleidingen op het gebied van horeca, bakkerij, landbouw en bewaring van groenten en fruit die ter plaatse worden geteeld. Om de landbouwers aan te moedigen op hun voorvaderlijke gronden te blijven, heeft de Libanese Maronietenorde een meerjarenplan opgezet, waarvoor onze steun wordt gevraagd.
De Orde wil haar landbouwgronden in Menjez gratis ter beschikking stellen van de bevolking. Met medewerking van de gemeentebesturen en lokale ondernemers moedigt het project ook vrouwen aan zich in te schakelen in de verwerking en commercialisatie van landbouwproducten en voedingsmiddelen (snoep, deegwaren, enz.).
Geleerden veronderstellen dat de naam van het dorp Menjez is afgeleid van een Syrische uitdrukking die «Verborgen schat» betekent; Werk voor het Oosten en het CSCO zijn trots ertoe te kunnen bijdragen dat deze schat opnieuw wordt opgedolven.